Selecteer een pagina
Met aandacht lopen | Toegepast Boeddhisme

Omgaan met verveling, ongemak (2)

De meesten van ons voelen ons niet lekker wanneer we ons onrustig, ongemakkelijk of verveeld voelen. Dat voelt extra onaangenaam wanneer we niet goed weten wat we kunnen doen om daar weer uit te komen. Als we er wat aan willen doen is het belangrijk om direct met onze verveling, onrust, ongemak contact maken. Het gaat hier om verveling, ongemak in ons dagelijks leven. De werkwijze van omgaan met verveling (1) is vooral gericht op verveling tijdens onze meditatie.

Verveling in het Westen

Verveling doet zich bij velen van ons voor. We hebben het allemaal meegemaakt. Vaak voelen we ons er niet lekker bij. Verveling associëren we ook vaak met gevoelens van rusteloosheid en leegte, zinloosheid. Dat wordt versterkt omdat in onze cultuur verveling vaak als ongewenst wordt gezien. Verveling past daar niet in. Verveling en het bijbehorende niets doen wordt vaak gezien als het tegenovergestelde van nuttig zijn, betekenisvol zijn voor anderen, iets doen. 

Het begrip verveling zoals we dat nu kennen, bestaat nog niet heel lang in het Westen. Wel is er in boeddhistische, spirituele en filosofische tradities, ook in het Westen, veel over te vinden. De reden dat we dit begrip nog niet zo lang kennen is waarschijnlijk dat in vroegere tijden mensen meer vrije tijd hadden. Met meer vrije tijd is het normaal om even ergens te gaan zitten en ‘niets’ te doen, even een praatje te maken, even naar de buurman of buurvrouw te lopen, even … Dat is nog steeds te zien in dorpen of op het platteland. Ook in het Zuiden van Europa en in veel landen in het verre Oosten is dat gebruikelijk. Het begrip verveling en het bijbehorende niets doen is in onze cultuur daarmee een begrip wat het tegenovergestelde is van wat in onze cultuur gebruikelijk is: veel doen en effectief werken. Dat is spijtig. Verveling heeft in spirituele zin zeker wat te bieden. Zie bijvoorbeeld de werkwijzen van omgaan met verveling (1), waar het vooral gaat over verveling tijdens de meditatie.  Ook de werkwijze van snelheidsvertragingen inbouwen op deze website gaat op verveling (en nutteloosheid) in.

Verveling, ongemak, de moderne media en andere activiteiten

Velen van ons zijn actief met de digitale vormen van communicatie, zoals facebook, tweets, whats-apps, e-mails, bellen, skypen, facetimen, zoomen en dergelijke. Bij het eerste vier vormen van media hebben we geen persoonlijk contact met anderen, bij de tweede vier is dat wel het geval. De veronderstelling op deze website is dat ontmoetingen met andere mensen (of digitaal of direct) ons eerder geluk en mentale gezondheid brengen dan digitale ontmoetingen zonder persoonlijk contact. Wanneer we weinig ontmoetingen hebben met anderen, voelen we ons uiteindelijk eenzaam en alleen. Dan worden we bijzonder kwetsbaar voor verandering in onze gemoedsstemmingen en teleurstellingen omdat we die niet aan anderen kunnen spiegelen of met anderen kunnen doorspreken. 

Een consequentie daarvan is dat wij, als we veel omgaan met de digitale vormen van communicatie zonder persoonlijk contact, ons uiteindelijk wat verloren zullen voelen. Dat voelt alleen. Dat gevoel zal vooral de kop opsteken als we even geen digitale verbinding hebben. Dan tonen zich gevoelens van verveling en nutteloosheid. Als we die niet aan kunnen zullen we ons direct weer op de digitale media storten. Maar op basis van onze onvrede moeten we nu op zoek naar een grotere intensiteit. We moeten immers ons gevoel van onvrede wegstoppen. Wanneer echter op een bepaald moment – en dat komt – er even niets meer is dat ons kan afleiden, de stimulansen stoppen, dan voelt dat als bijzonder onaangenaam. Dan wordt zichtbaar wat zich onder de oppervlakte al afspeelde. Dat is een angstig gevoel. Verschillende digitale media versterken dat gevoel omdat we daar vooral succesverhalen vinden. Anderen schrijven op de digitale media zelden over hun persoonlijk angsten, bezorgdheden en nare gevoelens. Het effect is helaas dat, als we daar ons alleen voelen en ongemakkelijk zitten te wezen en zich zoveel succes om ons heen toont, onze gevoelens van alleen zijn zich zullen versterken. Het gevoel dat dan ontstaat wordt ook bij de werkwijze van de boeddhastijl (wit), openheid en ruimte op deze website omschreven.

Bovenstaande geldt natuurlijk voor alle activiteiten die we ondernemen. Ook daar zullen we, als we die activiteiten ondernemen om onze onvrede te ontlopen, met onszelf komen te zitten als de activiteiten stoppen. Ook dan wordt zichtbaar wat er echt aan de hand  is. Het voordeel van de digitale media is dat we vrijwel altijd ons mobiel bij ons hebben.

Cyclus van aangenaam en onaangenaam

Als we het zo doen zoals hierboven beschreven staat, dan zitten we in een cyclus van handelingen die ons niet gelukkig maken. Daar is een reden voor. De boeddhistische leringen vertellen ons dat, als we iets krachtig najagen of vermijden, het tegenovergestelde zich vaak zal voordoen. Als we met veel inzet geluk nastreven is er een grote kans dat er veel lijden en gedoe ontstaat. Wanneer we met veel intentie geconcentreerd willen mediteren, zijn we sneller afgeleid. Als we met kracht ongemakkelijke situaties proberen te vermijden, ontdekken we dat onze onvrede alleen maar tijdelijk afneemt omdat we het onderliggende gevoel uit de weg gaan. We lossen niks op. 

De boeddhistische leringen beschrijven ook hoe we in die cyclus met onze gevoelens omgaan. Zij onderscheiden drie onderliggende fysieke en mentale ervaringen die zij gevoelens noemen. Het gaat om de gevoelens van aangenaam, onaangenaam en neutraal. Als we onze verveling ervaren of ons ongemakkelijk of verloren voelen, is dat een onaangenaam gevoel. Als dat even later over gaat, voelt dat als een opluchting. Dat voelt goed. Dat is een aangenaam gevoel. We kennen dat allemaal. Andersom werkt het ook zo. Als het goed met ons gaat – een gevoel van aangenaam – en we ergeren ons even later aan iemand, voelt dat onaangenaam. Sterker: het voelt extra onaangenaam omdat we net een aangenaam gevoel hadden. We kunnen dat die persoon ook verwijten: ‘hij heeft mijn dag verpest; spijtig dat er zulke mensen rondlopen’. We reageren met onze gevoelens vaak extra op de gevoelens die we eerder hadden.Zo kunnen we na gevoelens van afleiding en plezier ons verveeld of ongemakkelijk voelen. Dat voelt extra onaangenaam als het daarvoor leuk was. Dat is iets dat we niet wilden.

Op deze manier begeven we ons voortdurend in een cyclus van onaangenaam en aangenaam met tussendoor neutrale momenten. Als we iets aangenaams moéten, brengt de fixatie daarop ons snel in een onaangename situatie. Als we een onaangename situatie moéten vermijden, zorgt dat ervoor dat we meestal langer aan in een onaangename situatie blijven zitten. Als we neutraal moéten blijven, lukt dat zelden. Enzovoort. Kortom: we zitten vast. 

De verveling, ongemak in het gezicht kijken

Velen van ons lopen een boeddhistisch of spiritueel pad omdat we ons van deze cyclus van aangenaam en onaangenaam willen bevrijden. De belangrijkste aanpak is dat we ons geluk in onszelf zoeken en niet in de afleidende en leuke dingen om ons heen zoals een stroom aan activiteiten of een voortdurende digitale verbinding met anderen. Als we vrij willen zijn is het belangrijk dat we stoppen ons te fixeren. We zijn vrij als we ons niet ergens aan vastketenen. Dat is helaas precies wat we in bovenstaande doen. 

Een boeddhistische beoefening die we in dergelijke situatie kunnen doen, is om onze aandacht op onze eigen verveling, ons eigen ongemak te richten. We kunnen één van de twee apart nemen om die dan te onderzoeken en proberen te begrijpen wat onder dat ongemak of die verveling ligt. Dat blijkt interessante resultaten op te leveren. Het onderzoek kent twee stappen. 

Onderzoek 1

De eerste stap is het onderzoeken van onze gevoelens van verveling, ongemak, opwinding, kwetsbaarheid, enz. In het algemeen zijn dat gevoelens die we liever niet hebben. Bovendien worden die gevoelens worden steeds minder acceptabel naarmate ze langer blijven. We kunnen er ook niet zoveel mee. Wanneer mechanici een machine testen om te kijken hoe die het doet, beginnen ze die in de vrij te zetten. Wij zouden datzelfde moeten doen met onze onvrede of ongemak. We zetten die in de vrij en kijken naar wat er is. Daar moeten we de tijd voor nemen. Als we dat doen zien we dat onze verveling of ongemak niets anders is dan een verzameling van prikkelingen, van energie in ons lichaam, die geen weg heeft om zich te uiten. Als we ons ongemak of verveling ontrafelen, ook al vinden we het lastig om naar onszelf te kijken, blijken dergelijke gevoelen meestal niet anders te zijn dan een bonte verzameling van verschillende gevoelens, gedachten en ervaringen die onze aandacht vragen. 

We voelen ons ongemakkelijk wanneer we beginnen de gevoelens onder eenzaamheid en kwetsbaarheid te ervaren. Maar hoe meer we er mee in verbinding staan, hoe meer we inzicht krijgen in wat we precies ervaren bij verveling en ongemak. Het eerste wat er vaak gebeurt is dat we, als we dichtbij die gevoelens komen, er vaak een gevoel van rust ontstaat. We hoeven er immers niet meer vanaf. Vandaar uit kunnen we op een subtielere manier de diepte onderzoeken achter deze gevoelens. Op deze manier lopen we niet weg van wie we werkelijk zijn. 

Onderzoek 2

De tweede stap van deze beoefening is om niet alleen onze gevoelens te onderzoeken maar ook al onze verhalen en reacties die we daarbij hanteren. Zo reageren we bijvoorbeeld op onze verveling met de verhaallijn dat we dat niet willen. Op basis van die wens creëren we nieuwe verhaallijnen. Denk aan: ‘als ik me verveel ben ik niemand; maak ik met niet nuttig voor mijn vrienden en vriendinnen; voldoe ik niet aan de verwachtingen; …’. Dit soort verhaallijnen versterkt onze gevoelens van verveling of onvrede en bevestigt ze. Zie ook de werkwijze van omgaan met emoties (1) op deze website, met name het 3e onderdeel, waar een advies staat hoe we dat onderzoek kunnen doen. 

Plek van tevredenheid

Zonder deze verhaallijnen zouden we het gevoel kunnen hebben dat we niets te bieden hebben. Dat blijkt niet het geval. De Boeddha ontdekte dat er juist een gevoel van rust en niets hoeven ontstaat wanneer we onze gevoelens van verveling en ongemak erkennen en de verhaallijnen daarachter loslaten. We ontdekken dan dat het merendeel van onze verhaallijnen niets anders is dan het opbouwen van onze identiteit. Onze identiteit blijkt helaas niet vastliggend omdat die afhankelijk is van de (wisselende) verhaallijnen. Daarom raken we soms teleurgesteld: de wereld gedraagt zich niet altijd volgens onze verhaallijnen. Als we de verhaallijnen loslaten en de gevoelens accepteren voor wat ze zijn, ontstaat er rust en te-vrede-nheid. Onze situatie blijkt dan niet angstiger maar juist aangenamer te worden omdat we niet meer meteen ergens naar toe moeten, ergens achteraan moeten, of weg moeten van wat zich aan ons voordoet. Juist die zoektocht om steeds maar iemand te willen zijn en dat willen vormgeven in activiteiten, maakt ons onrustig. Juist die zoektocht zorgt voor ons gevoel van verveling en ongemak als we niets te doen hebben. Nu blijkt het tegenovergestelde: door verbinding te maken met verveling en ongemak, ontstaat er rust. Dat is heel anders dan we eerder dachten. Zie ook de werkwijze van directe omgang met emoties (2) op deze webite. Daarna is het natuurlijk zonder meer mogelijk weer van alles te ondernemen. Maar dat is dan gebaseerd op wat we graag willen en niet gebaseerd op dat we ergens van weg moeten. 

Dit artikel is gebaseerd op een artikel in Lion’s Roar in 2017 en is sterk aangepast voor deze website. Het artikel kwam oorspronkelijk van Josh Korda. Hij heeft een eigen website. Daar staan al zijn artikelen (lezingen) op. Klik op dharmapunxnyc.podbean.com voor meer informatie.